vrijdag 30 oktober 2015

Liedje aanleren.



Liedje aanleren bovenbouw


De opdracht was een liedje uit te kiezen, die in te zingen en vervolgens te beschrijven hoe je die zou aanleren aan een groep kinderen. Ik heb gekozen voor het nummer 'Hallelujah', oorspronkelijk van Leonard Cohen maar tegenwoordig al door honderden anderen gecoverd en opnieuw uitgebracht.
Ik heb voor dit nummer gekozen omdat ik denk dat het een leuk nummer voor ze is. Het is namelijk een nummer dat qua refrein bij vrijwel iedereen bekend is, zo ook bij hen. Daarbij wordt het nummer echt als lied voor bij een kampvuur gezien, en laat groep acht nou juist de groep zijn die vaak aan het einde van het schooljaar met zijn allen op kamp gaat! Dat er wat moeilijke woorden voor ze tussen kan zitten in het nummer zal niks uitmaken denk ik. Ze zingen het nummer vooral om de sfeer die hij opwekt/versterkt en niet om de tekstuele inhoud. Evengoed als dat ze een nummer met onzinwoorden kunnen zingen zolang ze maar op papier staan, zullen ze dit ook kunnen zingen zolang ze de tekst maar op papier hebben. Het doel van mijn les is dat ze aan het einde van de les het hele nummer kunnen zingen zonder mijn begeleiding.







Het liedje leer ik aan als volgt


Oriëntatie
(Les opening; doel van de les verhelderen, wat weten de kinderen al van dit onderwerp?)

Ik laat ze eerst allemaal in een kring zitten, en om in de stemming te komen van de muziekles beginnen we eerst met het zingen van een ander liedje. Dan vertel ik dat we vandaag een nieuw liedje gaan instuderen, en dat het lied een echt kamplied is en het zo'n 200 keer gecoverd is. Dan vraag ik of iemand weet over welk nummer ik het heb. Indien het niet geraden wordt zing ik het refrein voor ze voor, om te zien of dit herkenning oproept. 


Uitleg / instructie
(Wat doe jij? Wat zeg je? Hoe bewaar je de orde (welke regels herhaal je?) en hoe houd je het overzicht over de groep?)

Ik vraag of iedereen wilt gaan staan, met de benen iets uit elkaar en de knieen wat los en de schouders ontspannen. Het is belangrijk dat ze voor ze beginnen een goede lichaamshouding hebben. Daarom besteed ik hier ook zo'n tien minuten van mijn les aan. Eerst laat ik ze hun hoofd over hun borst rollen. Ik laat ze bewust niet hun hoofd in hun nek rollen omdat er gedacht wordt dat dit slecht kan zijn. Hierna ga ik over op een conditie-oefening. We gaan appels uit de boom plukken, een rekoefening waarbij je je armen om de beurt steeds zo ver mogelijk in de lucht steekt om 'de hoogste appels uit de boom te plukken'. Als laatste laat ik ze een simpel liedje neuriën dat iedereen kent als 'Berend Botje' om zo de stembanden op te warmen. Bij het neuriën laat ik ze de letters 'm' , 'n', 'v', en 'z' gebruiken, omdat dit stemhebbende letters zijn.

Dan ga ik over op het aanleren van het liedje. Vooraf stel ik ze een luistervraag; zo laat ik ze focussen op het liedje, en krijgen ze hem alvast een keer te horen. De luistervraag die ik aan ze stel is hoe vaak het woord 'hallelujah' gezongen wordt (17 keer) . Dan zet ik de muziek aan en zing ik het liedje voor ze. Nadat de kinderen antwoord hebben gegeven op mijn luistervraag, deel ik ze de teksten uit.

Dan zing ik het eerste couplet voor. Nu hebben ze dit nog een keer kunnen horen.Vervolgens zing ik de eerste zin, dan zingen zij de tweede zin, en zo om en om. Dan doe ik hetzelfde met couplet twee en daar pak ik het refrein bij mee: Ik zing dit dus ook eerst alleen voor en dit doen we ook om en om. Als dat erin zit, zingen we alles wat we geoefend hebben achter elkaar, maar nu zingen zij de eerste zin en ik de tweede en zo om en om.Nu zit een groot deel van het nummer er al in, omdat het derde en het vierde couplet plus het daaropvolgende refrein hetzelfde klinkt als couplet een en twee plus het refrein. Daarom zing ik dit ook niet aan ze voor maar zingen we deze meteen om en om. Het laatste stukje klinkt net iets anders dan de andere stukjes: Dit is het laatste stukje dat ik voorzing en met ze oefen. Dan laat ik ze het hele nummer zingen en zing ik waar nodig mee ter begeleiding. Dit doe ik bijvoorbeeld bij het derde en vierde refrein als dat toch nog niet helemaal lukt, maar zeker bij het laatste couplet. Indien er nog tijd over is en het nummer er aardig inzit, splits ik de groep in tweeën en laat ik ze het hele nummer zingen, waarbij groep een begint met de eerste zin en groep twee dan de tweede zin zingt enzovoort.


(Wat doen de kinderen? Nadenken, antwoorden, schrijven, luisteren, opruimen, etc.)

De kinderen bewegen en neuriën bij de warming-up, luisteren en concentreren zich bij de eerste keer van het liedje, ze beantwoorden mijn luistervraag. Daarna zingen ze en sluiten we de les af.
Afsluiting
(Feedback en evaluatie)

Ik vraag of iemand het moeilijk vond en wat die persoon er moeilijk aan vond. Als het het niveau van het liedje is (te moeilijk om te zingen, te hoog of te laag, etc) dan weet ik dat ik hier de volgende keer op moet letten. Indien het iets anders is, vraag ik de klas of ze er misschien tips voor hebben. Vervolgens vraag ik of ze het leuk vonden en hoe ze het vonden gaan.



bron: Vrolijk, Roeland. (2013). Nieuw geluid (tweede druk). Noordhoff Uitgevers.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten